De twee uiteinden van de grote as van de elliptische baan van een hemellichaam rond een centraal of hoofdlichaam. Het hoofdlichaam (zoals de Zon) staat in een van de twee brandpunten van de ellips (F, F‘), hier F. In P, de pericenter, is het hemellichaam het dichtst bij het hoofdlichaam, in A, het apocenter, het verst ervan verwijdert.
In een aantal gevallen bestaan specifieke begrippen voor deze apsiden. Hier enkele voorbeelden:
Hoofdlichaam | Pericenter | Apocenter |
Zon | perihelium | aphelium |
Aarde | perigeum | apogeum |
Jupiter | perijovium | apojovium |
Ster | periastron | apastron |